De Ka’ba bevindt zich op de binnenhof van de Masdjid al- Haram. Iedere dag dienen we minstens vijf keer in de richting hiervan te bidden. Ook dient iedere moslim, die hiertoe in staat is, ten minste één keer in zijn of haar leven de hadj te verrichten en de Ka’ba te bezoeken. De Ka’ba wordt ook wel Bait Allaah genoemd, het Huis van Allaah. In Soerat Aal Imraan, Ayaah 95, zegt Allaah over de Ka’ba:

“Het eerste Huis van Verheven Aanbidding dat voor de mensheid voorgeschreven is”

Profeet Adam was de eerste die de Ka’ba bouwde. Later is deze herbouwd door Ibraahiem en zijn zoon Ismaël. In de loop der eeuwen is het Huis van Allaah meerdere keren verwoest en opnieuw hersteld. Tijdens de hadj verrichten we de tawaaf om de Ka’ba. Dit doen we zeven keer, zoals Ibraahiem en Ismaël dit ook hebben gedaan nadat zij de bouw van de Ka’ba voltooid hadden.

Een hoek van de Ka’ba bevat de Zwarte Steen. Deze is afkomstig uit het Paradijs en was oorspronkelijk wit. Hij is echter zwart gekleurd door de zondes van de mensen. De Profeet صلى الله عليه و سلم heeft namelijk gezegd:
“De Zwarte Steen komt uit het Paradijs. Hij was witter dan sneeuw, totdat hij zwart is geworden door de zonden van de mensen van Shirk.” (Overgeleverd door At Tirmidhi)

Tijdens de hadj dient iedere moslim te proberen deze Steen te kussen. Indien het niet lukt om de Steen te kussen, raak je hem aan met je hand en kus je vervolgens deze hand. Indien het ook niet lukt om de Steen aan te raken, dan kan je ernaar wijzen met je hand. Dit dien je tijdens elke tawaaf te doen.